Storytrails interactive tours

Strubben Kniphorstbos

Geopark

Adresgegevens

 

Archeologisch reservaat Strubben Kniphorstbosch
Tussen Anloo en Schipborg ligt een natuurgebied met een dubbele naam, namelijk De Strubben Kniphorstbosch. De Strubben zijn eikenbosjes op de overgang van de es van Schipborg en het heideveld. In het zuidoosten van het gebied liggen grote open stukken. Dat waren vroeger zandverstuivingen met mooie paraboolduinen. Ertussen vind je het Kniphorstbosch. Hier liet destijds de familie Kniphorst de heide ontginnen om er een bos aan te leggen voor de houtteelt.
Archeologische monumenten
Het is een gebied met veel archeologische monumenten. Onderweg in De Strubben Kniphorstbosch kom je langs twee hunebedden en tientallen grafheuvels. Je ziet er karrensporen uit voorbije eeuwen en bomkraters uit de Tweede Wereldoorlog.

Grafheuvels als onderdeel van een prehistorisch dodenlandschap
Nóg twee hunebedden
Behalve de huidige twee hunebedden moeten de boeren van de trechterbekercultuur (3400-2850 v.Chr.) er destijds in elk geval nóg twee hunebedden meer hebben gebouwd. Archeologen hebben de plek van deze verdwenen hunebedden kunnen vaststellen.
De Galgenberg
Verder vind je in De Strubben Kniphorstbosch tientallen grafheuvels uit vrijwel alle prehistorische perioden. Eén van de grootste is de Galgenberg. In de middeleeuwen koos men het liefst dit soort opvallende plekken uit om veroordeelden op te hangen. Dagenlang lieten de gezagsdragers het lijk op de heuvel hangen om voorbijgangers te laten zien hoe het afliep met mensen die niet wilden deugen.
Archeologisch reservaat
Sinds 2000 is De Strubben Kniphorstbosch het eerste en tot nu toe enige archeologisch reservaat van Nederland.
Echte Drentse natuur
Strubbenbossen zijn een stukje typisch Drentse natuur. Het woord ‘strubbe’ betekent kreupelhout. Strubben bestaan uit lage, grillig gevormde eikenbomen. Veel zware takken lopen bijna over de grond. Hun opvallende vorm kregen de strubben doordat de schapen aan de takken van de jonge boompjes aan de rand van het veld knaagden. Toen de schapen verdwenen zijn de eiken in grillige vormen opgeschoten. Jammer genoeg zijn de strubbenbosjes bij de meeste dorpen verdwenen toen de heidevelden werden ontgonnen.

Lage, grillig gevormde eikenboompjes in het open landschap, de zogenaamde strubben
Open landschap
Het hout in de Strubben werd om de tien à vijftien jaar gekapt. Vaak gebeurde dit door de eekschillers. Ze verkochten de eikenbast aan de leerindustrie die er looizuur van maakte. De bundeltjes hout verkochten de eekschillers in de dorpen als brandhout. Op de stronk liepen dan weer nieuwe eikenstammen uit. Toen de schapen de heide verlaten hadden, groeiden de meeste Drentse strubbenbossen dicht met opslag. In 2012 zijn hier in De Strubben veel bomen gekapt om het open landschap van vroeger terug te krijgen.
Landgoed
Het Kniphorstbosch dateert uit de tweede helft van de negentiende eeuw. Eerst was het een landgoed met ouderwetse ‘bomenakkers’. In de loop van de tijd is het uitgegroeid tot een gevarieerd bos met loofbomen en naaldhout. Aan de rechte lanen met beuken of eiken aan weerszijden kun je nog goed zien dat de familie Kniphorst hun bos als een landgoed heeft aangelegd. Staatsbosbeheer probeert dit oorspronkelijke karakter zo goed mogelijk vast te houden. Hier en daar zijn enkele bospercelen gekapt waar zich spontaan nieuw bos kan ontwikkelen.