Boswachter Pronk zal vreemd hebben staan kijken toen er zondagmorgen 8 april 1945 een aantal soldaten in vreemde uniformen voor zijn neus stonden. Met een briefje in handen waarop stond dat de bevrijding aanstaande was en het verzoek om deze geallieerde soldaten naar vermogen te helpen. De para’s hadden geen idee waar zij zich bevonden, want veel van de stafkaarten klopten niet. Zij hadden geluk, want Pronk maakte deel uit van het verzet. Soldaat Fernand Begue kwam om tijdens de gevechten die volgden.
Plunderaars
De landing bleef niet lang geheim. Op maandag deden de Franse soldaten een aanval op het stafkwartier van een Duits legeronderdeel in de pastorie van Gasselte. De Duitsers moesten uiteindelijk vluchten; zij belandden regelrecht in de armen van de Fransen. Zij werden met parachutekoord aan de bomen in het bos vastgebonden. Sommige nieuwsgierige Gasselters sloegen aan het plunderen in de verlaten pastorie. Maar er zaten nog wat Duitse soldaten verstopt in het pand die zagen wie zich misdroegen. Toen andere Duitsers plotseling opdoken was het snel gedaan met het verzet. Alle mannen werden opgesloten in de kerk. NSB-burgemeester Tuin wist hun dood ternauwernood te voorkomen. De zestien plunderaars werden wel in een koelwagen naar Assen afgevoerd. Daar bleven zij ongedeerd, totdat zij op 13 april 1945 werden bevrijd, op dezelfde dag dat ook de Canadese tanks Gasselte binnenrolden.
Voor meer verhalen over de oorlog en de bevrijding zie ook de WWW-link.
Bronvermelding: Publicatie over de bevrijding, 1982, Jan Kroezenga.